1 |
bottenvals spelen bij dobbelen
|
2 |
bottenmeervoud van het zelfstandig naamwoord bot
|
3 |
bottenvals spelen bij dobbelen
|
4 |
botten(engels: bones (idiophones)) Dunne, platte kleppers van been, ivoor of hardhout, in paren bespeeld, meestal met in elke hand één paar.
|
5 |
bottenvals spelen bij dobbelen
|
6 |
bottenBotten, ow. gel. (ik botte, heb gebot), uitspruiten. *...TERIK, m. (-ken), domoor, lomperd.
|
7 |
bottenvals spelen bij dobbelen
|
8 |
bottenHet krijgen van knoppen, uitlopers van de plant
|
<< homogeniteit | vijlen >> |