1 |
rigiditeit ( medisch ) stijfheid, onbuigzaamheid
|
2 |
rigiditeit(Engels: Rigidity) stijfheid
|
3 |
rigiditeitStijfheid.
|
4 |
rigiditeitStijfheid, Strakheid; Hardheid, Herdvochtigheid, Onbuigzaamheid, Onverbiddelijkheid, Rigueur, Strafheid, Strengheid, Striktheid
|
5 |
rigiditeitRigiditeit is in de geneeskunde (en andere vakgebieden) een woord dat stijfheid of starheid betekent. Zowel in mechanische als in psychische zin.
In de reumatologie kan het stijfheid van een gewricht [..]
|
6 |
rigiditeitStijfheid, strakheid, wordt gezegd van wat niet buigzaam is of hard aanvoelt. In de figuurlijke zin bedoelt men met rigiditeit het onvermogen of de onwil om zich flexibel op te stellen, om laks of meegaand te zijn. Niet in staat om zich aan te passen.
|
7 |
rigiditeitstijfheid
|
8 |
rigiditeitstijfheid
|
<< concipiƫren | semantiek >> |