1 |
navenantna·ve·nant (bijwoord) naar verhouding; evenredig
|
2 |
navenantovereenkomstig; naar verhouding
|
3 |
navenantdaarmee gepaard gaande
|
4 |
navenantNavenant is naargelang of afhankelijk van. Navenant de situatie wil dus zeggen, afhankelijk van de situatie.
|
5 |
navenantIk kom navenant tegen in de betekenis van 'vergelijkbare hoeveelheid'. A stijgt drie plaatsen in het klassement en B zakt navenant.
|
6 |
navenantNaar evenredigheid. Ook wel naar gelang, naar verhouding, volgens of afhankelijk van de prijs. Diederik: "Wil je de auto kopen voor €5.000,-?" Gerard: "Daar ben ik nog helemaal uit, er zitten wat deukjes in en ik wil wel een auto kopen navenant de staat van de auto."
|
<< Zwaluw | begrip >> |