1 |
kreng
|
2 |
krengKreng, o. (-en), (B.v. en o.), dood dier, aas, prij; (fig.) vuilaardig mensch; ยง gemeen vrouwspersoon, slet. *-EN, bw. ow. gel. (ik krengde, heb gekrengd), onder het rijden (met een rijtuig) eenen
|
3 |
krengDuivelse vrouw of vrouwen met duivelse gedrag niet netjes en fatsoenlijk en met heksen ogen zeer onaangename vrouw persoon.
|
4 |
krengzie krengen
|
5 |
krengzie krengen
|
6 |
krengzie krengen
|
<< krediet | kreunen >> |