1 |
suprematieoppergezag, oppermacht
|
2 |
suprematieOppergezag, Opperheerschappij, Oppermacht, Overwicht
|
3 |
suprematieoppergezag
|
4 |
suprematieLet op: Spelling van 1858 Supremaat, suprematus, Lat., de opperheerschappij, oppermagt (van den paus), dat is, zijn voorrang en oppertoezigt over de Katholijke bisschoppen en kerken; ook de opperste magt des konings van Engeland in kerkelijke zaken; opperhoofd der kerk. (Eng. supremacy)
|
<< Exploitatiesaldo | Chaim >> |