1 |
pottenmeervoud van het zelfstandig naamwoord pot
|
2 |
potten(engels: pots) Houders in allerlei grootte en vorm, maar meestal rond, hoofdzakelijk gebruikt voor huishoudelijke doeleinden. Ze zijn er ook van metaal.
|
3 |
pottenSparen
|
4 |
pottenPotten, bw. gel. (ik potte, heb gepot), geld -, zeldzame munt bewaren. *-BAKKER, m. (-s). -IJ, v. (-en), plaats waar potten gebakken worden; bedrijf des pottenbakkers, -SSCHIJF, v. (...ven), -SWIEL, o [..]
|
<< potvissen | potstal >> |