1 |
orgaaneen samenstel van weefsels met een specifieke taak; b.v.: hart, lever, huid
|
2 |
orgaan deel van lichaam met eigen functie Voorbeeld: de long is [..]
|
3 |
orgaanEen orgaan is een geheel van weefsels dat dient om een bepaalde functie te kunnen uitoefenen. Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies. Een huidmondje is een orgaan dat bij pl [..]
|
4 |
orgaan(engels: organ (animal material)) Een groep cellen en weefsels in een lichaam die een kenmerkende structuur vormen voor de uitvoering van een specifieke functie.
|
5 |
orgaanLet op: Spelling van 1858 werktuig der zinnen en der gewaarwordingen in het dierlijke ligchaam, b.v. de organen des gezigts, des gehoors, der hersenen; figuurl. een persoon, van wien men zich als middel bedient, om aan een' ander zijn' wil bekend te maken, of een oogmerk te bereiken. Organiek, organisch, met organen voorzien, bewerktuigd, levend, bezield. Organisateur, Fr., iemand, die eenen staat regelt, eene orde sticht. Organisatie, organisation, Fr., de wijs, waarop een ligchaam, met betrekking tot de werktuigen der zinnen en der gewaarwording, zamengesteld is, b.v.: de organisatie des menschelijken ligchaams, de bewerktuiging van het menschelijke ligchaam. De organisatie der planten, de zamenvoeging, zamenstelling der planten. De organisatie des staats, de vorming, de inrigting des staats. Organiseren, de werktuigen der zinnen en gewaarwordingen vormen, zamenstellen; figuurl. eenen staat organiseren, denzelven inrigten, hem zijne behoorlijke gesteldheid geven; zich organiseren, zich vormen, zich, in opzigt tot de werktuigen der zinnen en gewaarwordingen, meer en meer ontwikkelen. Het verleden deelw. is geörganiseerd. Organismus, de organische bouw of zamenhang van de leden eens geheelen, het buizen- en vatenstelsel
|
6 |
orgaanOnderdeel van het lichaam, dat uit verschillende soorten weefsel bestaat; ieder orgaan heeft een bepaalde functie
|
7 |
orgaan
|
8 |
orgaanPersoon of college van personen die (dat) krachtens de wet of statuten bevoegd is de wil van de rechtspersoon tot stand en tot uiting te brengen.
|
9 |
orgaanDef.: deel van een taxon of van een taxon in een bepaald ontwikkelingsstadium dat door zijn bouw, samenstelling en/of functie te onderscheiden is van de overige delen. Toelichting: Deel van een levend wezen (plant of dier), dat door zijn bouw enz. voor een bepaalde verrichting dient. Voorbeelden zijn 'hart','snavel' en 'eierdooier'.
|
10 |
orgaandeel van een taxon of van een taxon in een bepaald ontwikkelingsstadium dat door zijn bouw, samenstelling en/of functie te onderscheiden is van de overige delen.
|
11 |
orgaanDeel van een uit vele delen opgebouwd geheel met een eigen specifieke functie.
|
<< orthopedagogiek | organisatiecultuur >> |