1 |
onverminderd1) Als bijvoeglijk naamwoord: nog steeds even groter, niet minder. 2) Als voorzetsel: zonder afbreuk te doen aan; zonder dat (...) daarom minder geldig of toepasselijk zou zijn. Synoniemen van onverminderd: onverlet, onverkort, onverflauwd. De rechter is van oordeel dat de dronken man ook het psychische leed dat hij heeft aangericht bij zijn slachtoffers moet vergoeden, onverminderd een eventuele vergoeding voor de materiële schade die hij heeft aangericht.
|
<< opdrachtnemer | ontheffing >> |