1 |
interpreterenHet geven van een bepaalde uitleg/betekenis aan iets.
|
2 |
interpreterenuitleggen, verklaren
|
3 |
interpreterenuitleggen, verklaren
|
4 |
interpreterenuitleggen, verklaren
|
5 |
interpreterenopvatten , opnemen , wijze van denken over ( iets ) , voorbeeld : ik ben verantwoordelijk voor wat ik zeg,niet voor wat anderen interpreteren
|
6 |
interpreterenin·ter·pre·te·ren (werkwoord; interpreteerde, heeft geïnterpreteerd) vertolken uitleggen
|
7 |
interpreterenuitleggen, verklaren
|
8 |
interpreteren ( overgankelijk ) uitleggen of opvatten
In het orakel interpreteerden de priesters de kreten en klanken van de gedrogeerde vrouw.
De partij interpreteerde de positieve stembusuitslag als rechtv [..]
|
9 |
interpreterenop een bepaalde manier opvatten . . .
|
<< finesse | ETA >> |