1 |
applicerengebruiken, toepassen.
|
2 |
applicerentoepassen, ten propoosten (onderwerp van gesprek) brengen
|
3 |
applicerentoepassen, ten propoosten (onderwerp van gesprek) brengen
|
4 |
applicerentoepassen, ten propoosten (onderwerp van gesprek) brengen
|
5 |
applicerentoepassen, ten propoosten (onderwerp van gesprek) brengen
|
| << appendix | apprehensie >> |