1 |
treiterenDonderen, Jennen, Judassen, Koeioneren, Pesten, Plagen, Ringeloren, Sarren, Tergen
|
2 |
treiterenregelmatig werkwoord - hem steeds weer gemeen plagen Voor [..]
|
3 |
treiteren ( overgankelijk ) rottigheid uithalen ten nadele van iemand met het doel diegene dwars te zitten
Sommige mensen kunnen het niet laten geregeld iemand te treiteren .
|
<< trio | trial >> |