1 |
tjoep<ww. <= tjoepen : een bliksemsnelle beweging uitvoeren, snel vooruitschieten, = flitsen
|
2 |
tjoep[slang] ta pie mov; tjoep = hou je mond
|
3 |
tjoepTjoep. Ik heb een idee(tje) om te gaan doen. Of: Tjoep: je hebt een meldingbericht op je mobiele telefoon binnen gekregen. Beiden zijn bedoeld als een uitdrukking.
|
<< thermo | toolbox >> |