1 |
telDe afkorting "tel." betekent "telefoon".
|
2 |
telTel, telephone number
|
3 |
telTel, m. (-len), pasgang (van een paard). *-, TELLE, v. pasganger, telganger, paard dat den pasgang gaat. *-, m. en o. het tellen; bij den - (bij het getal) verkoopen; (fig.) hij is niet in (of in geen [..]
|
4 |
telAanzien; Telgang; Handomdraai, Moment, Ogenblik, Seconde
|
5 |
tel
|
<< t.z.v. | U.S.A. >> |