1 |
precies
|
2 |
preciesbijvoeglijk naamwoord - zonder afwijkingen naar boven of ben [..]
|
3 |
preciesConscientieus, Exact, Getrouwelijk, Minutieus, Nauw, Nauwgezet, Nauwkeurig, Pront, Punctueel, Secuur, Stipt, Strikt, Zorgvuldig; Direct, Exact, Helemaal, Juist, Pal, Recht, Vlak; Krek, Net; Op de kop af, Uitgerekend; Blijkbaar, Kennelijk, Klaarblijkelijk, Ogenschijnlijk, Schijnbaar; Bepaaldelijk, Bovenal, Hoofdzakelijk, In de eerste plaats, In het [..]
|
4 |
preciesPrecies, bn. en bijw. juist, naauwkeurig; - ten vijf ure; gierig; naauwlettend; die man is wat -. *...CIEUS, bn. (...zer, -st), kostbaar. *...CIPITAAT, o. (...aten), (scheik.) neêrploffing; bezinksel. [..]
|
5 |
preciesexactamente
|
<< precario | precipitatie >> |