1 |
hostEen computer die rechtstreeks is aangesloten op internet (in tegenstelling tot een webserver die indirect verbinding maakt via de server van een internetprovider) en gewoonlijk fungeert als server voor webpagina’s.
|
2 |
host
|
3 |
hostComputer waar je te gast bent. Vaak bereik je een host via een netwerk. Zie ook server.
|
4 |
hostElke computer die is verbonden met het Internet en over een IP-nummer beschikt wordt een "host" genoemd.
|
5 |
hostOntvanger, gastheer (tegengestelde van donor)
|
6 |
hostzn/bw haast, bijna Mòk mar gin hòst, want ge zèèt er hòst. - Je hoeft geen haast te maken, want je bent er bijna. Cees Robben: Ik mòkte nôot gin hòst. Cees Robben: verblikte bilde, hòst vergaon; we [..]
|
7 |
hostEen computer of systeem die een dienst aanbiedt
|
8 |
hostDe term host komt voor in een aantal verschillende contexten. Het is oorspronkelijk een Engels woord dat gastheer betekent.
|
9 |
hostz.nw. gastheer(computer)
|
10 |
hostEen host kan ook een naamserver worden genoemd. Een computer die beschikt over de software en de gegevens (zonebestanden) die nodig zijn om domeinnamen in IP-nummers (Internet Protocol) om te zetten, [..]
|
11 |
hostElke computer die als informatiebron fungeert.
|
12 |
hostDe patiënt (bestemmeling) die de stamcellen van de donor ontvangt.
|
13 |
hostEen op het Internet aangesloten computer die services beschikbaar stelt aan andere computers. Zo'n server
|
14 |
hostZie server
|
15 |
hostHet host besturingssysteem draait gevirtualiseerde gasten.
|
16 |
hostWebsites staan ergens op een server, een computer direct aangesloten op internet. Zo'n server heet dan host (gastheer), het verhuren van ruimte op de harde schijven van zo'n computer voor het plaatsen [..]
|
<< good governance | impeachment >> |