1 |
hoorbaardat wat gehoord kan worden
|
2 |
hoorbaarHoorbaar, bn. en bijw. (-der, B. ...barer, -st), hij is niet -, leest of spreekt niet luid of niet duidelijk genoeg. *-HEID, v. gmv. hoedanigheid van iets dat goed gehoord kan worden. *...DER, (B. *.. [..]
|
<< hollandicus | Hollandscheveld >> |