1 |
bedekkenBedekken, bn. gel. (ik bedekte, heb bedekt). *...DEKKING, v. (-en), het bedekken; (sterr.) verduistering; (oorl.) geleide, wacht. *...DEKSEL, o. gmv. *...DEKT, vd., bn. en bijw. (vest.) de -e weg; (fi [..]
|
2 |
bedekkenregelmatig werkwoord - er iets overheen leggen Voorbeeld: [..]
|
3 |
bedekken ( overgankelijk ) iets over iets heen plaatsen zodat het niet zichtbaar is
We moesten de spullen in de kofferbak bedekken tegen dieven.
|
<< bezinksel | beroven >> |